Alle telecomproviders van Nederland opgelet: nieuwe frequenties voor mobiele netwerken gaan over twee jaar onder de hamer.
De overheid wil in het najaar van 2019 frequenties voor het bestaande 4G-netwerk en het nog snellere 5G veilen. De bedrijven die een bod uitbrengen kunnen de ruimte voor een periode van twintig jaar gebruiken.
De nieuwe veiling leidt tot extra capaciteit voor snellere internetdiensten, aldus het ministerie van Economische Zaken. “Zo creëren we een basis waarmee de digitale economie in Nederland ook in de toekomst volop kan blijven groeien.”
De laatste grote veiling van frequenties voor draadloze communicatie was in 2012, toen met KPN, Vodafone, T-Mobile en Tele2 als succesvolle bieders. De veiling leverde de schatkist 3,8 miljard euro op.
In 2000 telden de providers bijna 2,7 miljard euro neer voor 3G-frequenties. Kamerleden en consumentenorganisaties maakten zich destijds grote zorgen dat de tikken voor mobiel internet door de veiling veel te duur zouden worden.
Maar merken klanten er echt iets van? Berekenen providers de veilingkosten door aan de consument? Nee, legde econoom Mathijs Bouman enkele jaren geleden uit op zijn blog.
"Voor de prijs van een telefoontik zijn op een goed werkende telecommarkt slechts twee factoren van belang: de variabele kosten van een telefoontik en de marktmacht van de ondernemer. Als een bedrijf hoge kosten moet maken om een telefoonminuut te produceren en veel ‘marktmacht’ heeft, zal de prijs hoog zijn. Bij lage variabele kosten en weinig macht is de prijs laag."
"De miljarden die een deelnemend bedrijf op de veiling gaat betalen, zijn vaste kosten die het moet maken, ongeacht de hoeveelheid telefoontikken die het verkoopt. Dat soort kosten wordt nooit verrekend in de prijs, maar betaald uit de winst."
De bedragen die providers bij de veiling betalen zijn wat economen 'verzonken kosten' noemen. Het zijn kosten die geen cent hoger worden als ze veel MB's verkopen, en geen cent lager als ze weinig verkopen. "Bij het bepalen van de optimale balans tussen prijsniveau en afzetniveau, spelen die kosten daarom geen enkele rol", aldus Bouman.
Maar dat is in de economische theorie dus alleen het geval als er voldoende concurrentie is. En de vraag is of dat op de Nederlandse telecommarkt zo is.